In 1792 vatten enkele belangrijke
mensen in het Woold het plan op een school te stichten. Het is niet
verwonderlijk, dat we hierbij de namen Lintum, Roerdink, Meerdink,
Bovelt, Hijink en Esselink aantreffen.
In het boek “Van bijschool tot basisschool”, dat werd uitgegeven
naar aanleiding van het 200-jarig bestaan van de school, is hier
uitgebreid over te lezen.
De kosten kwamen ten laste van de buurtschapbewoners en daartoe werd
een collecte gehouden, welke 74 gulden, 3 stuivers en 8
penningen opbracht. Dat lijkt misschien niet zoveel, maar afgezet
tegen een dagloon van 12 stuivers per dag voor de bouw van de
school, is dat een behoorlijk bedrag. Bovendien doneerden de
bovengenoemde initiatiefnemers elk een bedrag van 23 gulden.
Eerst zou de school op grond van Lintum
worden gebouwd, maar uiteindelijk werd dat het hofgoed van
Hijink, waarvoor bij het hof van Bredevoort erst
toestemming moest worden verkregen.
Een onderwijzersfamilie uit die periode is die van de familie
Schepers. De laatste onderwijzer Schepers was Jan Willem, die in
1819 overleed en werd opgvolgd door Jan Gerrit Krak ten Houten
uit Amsterdam. Deze vertrok echter al weer in 1823 naar Aalten en
van Aalten kwam de heer G.W. Welpshof naar ’t Woold. Hij was
ongetrouwd en verbleef op diverse adressen in het Woold, omdat er
toen nog geen schoolwoning was. In 1835 ontstond er brand in school
en kwam er een nieuw gebouw, dat echter evenals het oude maar een
lokaal had. Weliswaar was de ruimte meer als twee keer zo groot.
Welpshof was op het laatst nogal ziekelijk en werd bijgestaan door
de heer Koobs. Door deze perikelen besloten veel ouders hun
kinderen naar de school in Brinkheurne te sturen. Toen in 1890
Welpshof werd vervangen, werd aanvankelijk de heer Bruins uit
Nijmegen benoemd. Toen echter bekend werd, dat hij in Nijmegen
betrapt was op overmatig alcoholgebruik, werd de benoeming weer
ingetrokken en kreeg de eerder genoemde heer G.W. Koobs de
functie aangeboden. In 1872 werd hij afgekeurd en opgevolgd door
B. Keizer. Door problemen rondom de benoeming van een
hulponderwijzer en de salariëring vertrok hij weer en wed uit de
sollicitanten de heer W.J. Odé benoemd, die hiervoor in Gouda
had gewerkt. Deze was ook de eerste die een schoolwoning ter
beschikking kreeg. Daartoe werd een stuk grond in de buurt van de
school aangekocht voor 120 gulden. In 1874 werd de bouw aanbesteed
en in 1875 kon meester Odé de woning betrekken.
Hierna werd de woning nog diverse keren onder
handen genomen en moest het schoolhoofd soms tijdelijk zijn intrek
nemen in de school. Ook de school moest diverse keren worden
opgeknapt. In 1888 was er zelfs sprake van de bouw van een tweede
school in het Woold. Er ontstond een soort schoolstrijd tussen
de voor- en tegenstanders, maar uiteindelijk bleef het toch bij één
school. Er kwam een lokaal bij en in 1893 wed er zelfs een derde
lokaal aan toe gevoegd.
Na de periode Odé kwamen nog diverse
schoolhoofden op de school in het Woold en werd de school en de
onderwijzerswoning nog diverse malen onder handen genomen. We
volstaan met het opnoemen van de diverse schoolhoofden, waarvan de
heer Kuijpers wel heel lang zijn stempel op de school heeft gedrukt.
Na Odé kregen we eerst nog Bruin, waarna van 1911 tot 1935
J.H. Kuijpers zijn beste krachten aan de school gaf. Hij werd
opgevolgd door De Vries, die onder de wapenen moest en
tijdelijk werd vervangen door de heer Bemer. In 1940 werd de
heer F. Kappers benoemd, die in 1947 werd vervangen door de
heer Enneman. Daarna kregen we achtereenvolgens Olivier,
De Jong, Bartelink en Van der Vee en de Mooij.
Obs
Woold maakt thans deel uit van Stichting Openbaar Primair Onderwijs
Winterswijk (SOPOW).
|